Sinds een klein jaar is Monique programmaleider bij Sterk Techniekonderwijs Apeldoorn en Epe. Daarnaast is ze ook projectleider van het nieuwe programma Techkwadraat. Twee banen, één missie: techniekonderwijs naar een hoger plan tillen in Apeldoorn en Epe. En dat doet ze met volle energie en een heldere visie. Tijd voor een goed gesprek.
“De eerste maanden stonden vooral in het teken van schrijven: een nieuwe regiovisie, activiteitenplan en begroting, zowel voor Sterk Techniek Onderwijs (STO) als voor Techkwadraat. Best intensief, maar ook belangrijk: het ministerie heeft onze plannen voor STO goedgekeurd, dus dat was een vliegende start. Tegelijkertijd heb ik in rap tempo het netwerk leren kennen. Het mooie is: ik zie overal enthousiasme. Scholen, bedrijven, gemeenten—iedereen wil écht iets betekenen voor techniekonderwijs. Dat geeft energie.”
“Hoeveel mensen zich met hart en ziel inzetten voor techniekonderwijs. Dat wist ik natuurlijk wel, maar het is toch bijzonder om te zien hoe sterk die betrokkenheid is. Het gaat om meer dan techniek alleen—het gaat om kansen voor leerlingen. En daar staan mensen echt voor op. Ik ben ook ontzettend blij met het team van mensen om mij heen. Wij dragen dit programma echt samen en dat is mooi om te ervaren.”
“Die helpt enorm. Ik ben ooit begonnen als leerkracht op een Jenaplanschool en heb daarna vijftien jaar als schooldirecteur gewerkt. En ik kom écht uit het vernieuwingsonderwijs. Voor mij draait onderwijs om méér dan taal en rekenen: het gaat ook om talentontwikkeling, brede vorming en creativiteit. En techniek hoort daar gewoon bij. Niet omdat elke leerling een technische opleiding moet gaan volgen, maar omdat je pas een bewuste keuze kunt maken als je ergens ervaring mee hebt opgedaan. Als je nooit een schroevendraaier hebt vastgehouden, is de kans klein dat je ‘mavo techniek’ overweegt. Dat wil ik veranderen.”
“Het herijken van het programma. Wat werkte goed in de afgelopen vijf jaar? Wat kan beter? En welke nieuwe initiatieven zijn nodig? Samen met projectleiders, bestuurders en werkgroepen hebben we keuzes gemaakt en focus aangebracht. Daarbij is een zesde project toegevoegd: dat draait om het leggen van de verbinding tussen de techlabs en techhubs, waar mooie activiteiten worden ontwikkeld. In dit project staat kennisdeling centraal. We willen niet dat ieder schoolteam opnieuw het wiel uitvindt, maar juist leren van elkaar. Dat vraagt om structuur én ruimte.”
“Beeldvorming. Techniek heeft nog steeds een niet al te positief imago, zeker bij ouders en soms ook bij docenten. Zelf kan ik vol bewondering kijken naar een monteur die een technisch probleem weet op te lossen of een stukadoor die wonderen verricht in je huis. Er liggen veel mogelijkheden om een fantastische en goedbetaalde baan te vinden in deze sector. Daar ligt echt een taak voor ons: techniek aantrekkelijk én herkenbaar maken. Dat begint bij rijke leerervaringen op school. Niet één keer per jaar een techniekdag, maar regelmatig en betekenisvol kennismaken met techniek. Alleen dan ontdekken leerlingen of het bij hen past.”
“We gaan anders organiseren. Minder mensen, meer uren. Dat klinkt gek, maar het betekent dat we docenten meer ruimte geven om vanuit visie te werken in plaats van losse activiteiten aan te jagen. We starten op scholen met professionele leergemeenschappen die samen een visie op techniekonderwijs ontwikkelen. Wat betekent een techlab op jouw school? Hoe ziet dat eruit over vier jaar? En hoe past dat bij jullie onderwijsvisie? Pas daarna gaan we aan de slag met aanbod. En dat aanbod stemmen we vervolgens goed af, ook met andere regio’s. We willen een kwaliteitsslag maken die duurzaam is—ook als de subsidie straks stopt.”
“Techkwadraat lijkt op Sterk Techniekonderwijs Apeldoorn en Epe en richt zich op het basisonderwijs (groep 1 t/m 8) en op de leerlingen op het VMBO theoretische leerweg, Havo en VWO. Dit zorgt ervoor, dat we samen met het programma Sterk Techniek Onderwijs, álle leerlingen van kleuter tot leerlingen van VWO 6 bereiken. Techkwadraat richt zich naast techniek, ook op technologie en ICT. Het doel is dat alle leerlingen in de regio ervaring opdoen met deze domeinen. We bouwen voort op wat er al staat, maar trekken het breder: meer leeftijden, meer scholen, en meer verbinding met het HBO en universiteiten.”
“Zeker! In het primair onderwijs loopt nu een pilot met een Wetenschap & Technologie Kompas. Daarmee meten we waar een school nu staat en wat het ambitieniveau is. Op basis daarvan begeleiden we hen, ontwikkelen we lesmateriaal en organiseren we workshops en trainingen voor leerkrachten. In het voortgezet onderwijs zijn we gestart met een inventarisatie: waar staan scholen nu, waar willen ze naartoe? Daar bouwen we het programma op door.”
“Een heleboel! Leerlingen van primair onderwijs tot voortgezet onderwijs duiken letterlijk in de 7 werelden van techniek: van mens & gezondheid tot energie, bouwen en ontwerpen. Alles hands-on en gekoppeld aan thema’s die hen aanspreken. Daarnaast zijn er inspiratiesessies voor docenten én is er het evenement Techniek Tastbaar, waar bedrijven zich presenteren. Heel waardevol, want ook ouders krijgen zo een inkijkje. En dat draagt weer bij aan een positieve beeldvorming.”
Het NewTechFestival vindt plaats twee weken vóór de herfstvakantie voor VO-leerlingen en twee weken erna voor het primair onderwijs.
“Dat álle leerlingen in Apeldoorn en Epe zóveel ervaringen opdoen met techniek, dat ze een keuze maken die echt bij hun talent past. En dat we die ervaringen samen mogelijk maken, door te denken in kansen in plaats van onmogelijkheden. Want echt: er kan meer dan we denken.”
Ze lacht. “Nou… ik ben niet bang voor een boormachine. Mijn vader was elektricien en vond dat ik alles zelf moest leren. Dus ik heb samen met mijn vader mijn jaren ’30-huis verbouwd, zelf een zwembad aangelegd en zelfs gelast op de kunstacademie. Maar op school had ik nooit techniek lessen. Als dat wel zo was geweest, had ik misschien een heel ander pad gekozen. Ik moet daarbij wel aan toevoegen dat je sommige klussen echt over moet laten aan de professionals!”
“In de wereld van techniek liggen mooie kansen voor leerlingen met verschillende achtergronden.”
– Monique